Boek (1)

We schrijven begin oktober. Nog geen week staat mijn burn-outverhaal online, of ik krijg dit in mijn mailbox: “De boodschap die je op je blog brengt, raakt heel wat mensen hier op de uitgeverij in het hoofd en het hart. Je schrijft bijzonder beklijvend. Jouw getuigenis interesseert mij om te bekijken als mogelijk boekproject. Mocht je interesse hebben, moeten we de koppen maar eens bijeen steken.” Getekend: Dirk Remmerie. Van uitgeverij Davidsfonds.
Een uitgeverij! Een boekproject! Dat klinkt geweldig. Maar hoe serieus zouden ze dat menen? Zouden ze mijn verhaal echt als boek uitgeven? Wa-aw! Een eigen boek, een levensdroom! Of, zo tempert mijn nuchtere ik, misschien willen ze gewoon een bijdrage in een groter geheel. Een korte getuigenis misschien, als smaakmakertje in een boek van een écht auteur. Hm, minder spectaculair. Maar kom, toch ook mooi dat ze daarvoor aan mij denken. Wat ze ook van plan zijn, ik wil er heel graag aan meedoen.
Ik dus op een blauwe maandag naar Leuven. De weg zoeken naar de Blijde Inkomststraat. Even blijven treuzelen voor de ingang, omdat ik te vroeg ben. En na een paar minuten toch maar binnen gaan. Aan de receptie zeggen ze dat mijn uitgever zoadelijk naar beneden komt. En dat ik gerust wat mag wachten in de aangrenzende boekenwinkel Duimelot. Ik piep even binnen. Wat een geweldig grote zaal vol kinder- en jeugdboeken. En wat een rust: ik bespeur maar één klant tussen de rekken.
Dan verschijnt Dirk. Hij stelt voor om op de mezzanine van de winkel te vergaderen, waar het volledige volwassenenaanbod van het Davidsfonds staat. Terwijl hij koffie haalt, kijk ik rond in de boekenrekken. Ik herken behoorlijk veel titels, zie zelfs een boek van een collega-ambtenaar. Jee, ik wist niet dat Davidsfonds die allemaal in portefeuille had. Eigenlijk let ik bij boeken bijna nooit op de uitgever. Ik zou zo voor de vuist weg vast geen tien uitgevers kunnen opsommen.
Dirk lacht wanneer ik hem vertel over mijn ‘ontdekkingen’: “Ik ben blij dat je er een aantal herkent. Dat betekent alvast dat je niet afkerig staat van boeken. Dat is een goede start.” We zetten ons neer aan een leestafeltje tussen de boekenrekken. “Ik vergader liever hier dan in onze kantoren. Dit is een veel mooier decor om mensen te ontvangen. Dat geeft een betere indruk, niet?”
Na een beetje uitleg over de uitgeverij-activiteiten van Davidsfonds, vertelt Dirk me hoe hij op mijn blog is terechtgekomen. Dat hij ook in zijn omgeving al met burn-outs is geconfronteerd. En dat ze het een belangrijk maatschappelijk thema vinden bij Davidsfonds. Ze hebben al twee boeken over burn-out uitgegeven, die heel goed verkopen. Maar dat zijn boeken geschreven door een expert, die oorzaken kan analyseren en tips kan geven. Een persoonlijk verhaal, zoals het mijne, is toch weer anders. Omdat het de ervaring van een individuele burn-out tastbaar maakt. En, zo vleit hij mijn ego, omdat het zo pakkend en goed geschreven is.
Ik maak inwendig een sprongetje van vreugde. Mijn verhaal wordt een afzonderlijk boek! Maar dan is er nog werk aan de winkel, zegt Dirk. “Een boek uitgeven op basis van een blog, dat hebben we nog al gedaan. We kunnen ons dan niet beperken tot de blogposts alleen. Er moet nog een reden zijn om het boek te kopen. Iets wat niet op internet staat.”
Ik denk even na. “Ik kan natuurlijk mijn verhaal verder aanvullen. Op mijn blog stopt het nogal abrupt. Ik heb het er ook expliciet bijgeschreven, dat mijn verhaal nog niet af is. Ik heb bijvoorbeeld nog niks geschreven over de mindfulness die ik uitprobeer. En wie weet wat er de komende maanden nog gebeurt. Misschien slaag ik er wel in mijn antidepressiva stop te zetten.”
Dirk vindt dat prima. maar hij ziet het nog breder. Hij wil ook andere personen aan het woord laten. “Wat mij bijvoorbeeld bij is gebleven is dat jouw collega op een bepaald moment plots abrupt haar gesprek afbreekt. En dat ze zegt: ik mag niet zo veel praten. Het zou mooi zijn als op dat moment ook die collega kan vertellen wat er in haar omging. Wat denk je daarvan?”
Ik denk even na. Niet alleen mijn verhaal, maar ook dat van mijn omgeving. Ja, dat kan best wel werken. Dirk heeft duidelijk al een idee van hoe mijn boek er kan uitzien. Maar hij dringt het niet op. Hij toetst voorzichtig af wat ik zelf zou zien zitten.
“Ik denk wel dat mijn collega dat wil doen”, antwoord ik uiteindelijk. “En dan zou je ook mijn teamhoofd aan het woord kunnen laten. Ik zal hen eens polsen.”
“En je vrouw?”
“Mijn vrouw? Ja… ja, dat lijkt me ook een uitstekend idee. Als je met een burn-out zit, is dat ook voor je partner heel ingrijpend en pijnlijk. En eigenlijk vind je dat verhaal nog nergens terug. Voor mensen die zelf in een burn-out zitten, is er intussen al veel aandacht, maar de omgeving blijft nog altijd in de schaduw staan.” En dan valt me nog iets te binnen. “Misschien… misschien moet ik ook proberen uitvissen hoe dat allemaal op mijn zoontje is overgekomen?”

Lees verder hoe mijn manuscript vorm krijgt.

5 gedachtes over “Boek (1)

  1. Succes gewenst. Probeer Creatieve Wisselwerking eens als remedie tegen burn-out/depressie. Niet dat ik het zelf ten gronde gebruikte in 2008 toen ik in een diepe depressie tuimelde. Toen ik uit dat diepe dal kroop schreef ik de opvolger van ‘Creatieve wisselwerking’ (uitgever Garant 2001): ‘Cruciale dialogen’ (Garant 2012), een dagdagelijkse toepassing van Creatieve wisselwerking. Dit laatste gebruik ik wel tijdens het intens beleven van een nieuwe gezondheidscrisis (2013-nu) en blijf daardoor kerngezond ‘tussen mijn twee oren’.
    Creatively,
    Johan

  2. Pingback: Boek (2) | Alweer een opgebrand geval

Plaats een reactie